Laos: Terug van weggeweest

19 juli 2018 - Si Phan Don (4000 Islands), Laos

9-07-2018

De titel zegt het al, ik ben terug van weggeweest. Of eigenlijk terug van teruggeweest, om het maar wat ingewikkelder te maken. Terug in Nederland dus. Ik heb het gevoel dat ik het even moet uitleggen. Toen ik besloot om in mijn tussenjaar verschillende prachtige reizen te gaan maken, hield ik er ver in mijn achterhoofd rekening mee dat ik een keer voortijdig terug zou moeten keren naar huis omdat ik twee grootouders in matige gezondheid achterliet. Met elk berichtje uit Nederland, goed of slecht nieuws, moest ik voor mezelf een afweging maken of ik door wilde reizen. Uiteindelijk, de nacht voor Manon en ik de Gibbon Experience (ziplinen in de jungle) zouden beginnen, kreeg ik bericht. Mijn oma kreeg morfine toegediend. Ik wilde de jungle in en daarna zo snel mogelijk naar Nederland (het is lastig om op zo'n afstand de situatie goed in te schatten!) maar Manon heeft me omgepraat en gezegd dat ik gewoon bij mijn familie moest zijn. En dus, 2 dagen nadat ik Thailand had verlaten, was ik weer terug de grens over, in Chiang Rai (waar op dat moment, maar dat wist ik toen nog niet, 12 bange jongens en hun coach in een grot zaten te wachten op hulp). Ik ben donderdagochtend geland, maandag is mijn oma overleden. Ik dank hemel en aarde dat ik op tijd was.

Manon leek te twijfelen of ik de reis met haar wel af zou maken, maar dat is natuurlijk nergens voor nodig! Zondag, de dag na de begrafenis, reed Tim me naar Brussel-Charleroi en 3 vluchten (en 34 uur) later zat ik weer naast Manon in een taxi, net als die keer eeuwen (in feite een paar weken) geleden in Nepal!

10-07-2018

We pakten de reis weer op met een dagje Vientiane. Helaas heb ik mooie stukjes Laos gemist, zoals Luang Prabang, maar dat zal ik later wel een keer inhalen. We bezochten natuurlijk een tempel en het COPE Visitor Centre over UXO slachtoffers. UXO staat voor Unexploded Ordinance, oftewel de bommen die door Amerika op Laos zijn gegooid tijdens de oorlog om Vietnam (ik weet het, wat hadden zij nou weer misdaan?). COPE maakt protheses voor slachtoffers van deze bommen, waar er nog veel van verspreid liggen over het land. Vientane is de kleinste hoofdstad van Zuidoost-Azie en dat merk je. Het heeft nauwelijks hoge gebouwen en is helemaal niet druk. De koloniale invloed merk je wel een beetje: in de bouwstijl van sommige gebouwen, cafés met een Franse naam, baguettes en een nagemaakte Arc de Triomphe aan het einde van een brede avenue. In Aziatische stijl dan.

11-07-2018

Op de elfde hebben we gereisd naar Kong Lor. We namen de bus voor een aantal uur en daarna de songthaew: soort open taxi-tuktuk waar soms wel 20 man in wordt gepropt. We kregen meteen een lekke band, het kan ook niet anders... maar, in tegenstelling tot Nepal, was het binnen een halfuurtje gefixt. Het was een prachtige route door de rijstvelden, langs dorpjes en tussen koeien door, langs houten huizen en hardwerkende boeren. We kwamen tegen de avond aan bij onze geweldige accommodatie aan de rivier. We sliepen in een bungalow en omdat er bijna geen andere gasten waren, voelde het nog meer alsof we in de middle of nowhere waren beland. Een met heerlijk warme douches, dat wel.

12-07-2018

In de omgeving van Kong Lor is niet veel te doen, dat is waarom veel mensen die Laos in sneltempo willen doen de plek ook overslaan. Wat er wel te doen is, is het bezoeken van de Kong Lor cave, een 7 kilometer lange grot waar de rivier doorheen stroomt. De charme ervan is, dat het grootste deel van de grot niet verlicht is waardoor je je een echte ontdekkingsreiziger kan voelen. We gingen mee met een jongen, die waarschijnlijk geen woord Engels kon want hij was niet zo spraakzaam. We werden eerst de rivier overgepeddeld waarna we overstapten in een ander bootje. In Vietnam werden we met de hand gepeddeld door de Phong Nha grot, wat voor een serene rust zorgde; de stroming van deze rivier was erg sterk en de grot was best lang, dus ik kon het begrijpen dat bij dit boottochtje de motor gebruikt ging worden. Daardoor schoten we over het water de duisternis in, waarbij we alleen werden bijgelicht door zijn hoofdlamp en Manons zaklamp. Halverwege kregen we de gelegenheid om uit te stappen bij een deel van de grot dat wel verlicht was, waar een Laotiaans mannetje ons begeleidde langs stalactieten en stalagmieten. Toen we terug onze boot instapten gaf hij ons een knuffel die ongemakkelijk was om 2 redenen: 1. we hadden hem net ontmoet en we spraken elkaars taal niet en 2. hij kwam tot onze schouders. Maar ik nam het hem niet kwalijk want ik zou ook vereenzamen als ik de hele dag in de duisternis zat tijdens het laagseizoen. We kwamen in totaal maar 2 andere bootjes tegen. Aan de andere kant van de grot konden we 10 minuutjes onze benen strekken waarna we met de stroom mee, in de duisternis, terug naar het beginpunt sjeesden.

13-07-2018

We hadden graag in het paradijsje willen blijven waar we overnachtten, maar in de omgeving was weinig te doen dus daarom zijn we doorgereisd naar Savannakhet. Eerst weer het ritje in de songthaew door de rijstvelden, met verder alleen maar locals. Daarna moesten we nog met 2 bussen naar Savannakhet. We wilden er 2 nachten blijven en in een dag naar een nabijgelegen natuurpark, maar dat bleek praktisch lastig haalbaar te zijn. Er was verder niks te doen in het stadje aan de Mekong dus de dag erna wilden we weer door. Laos is nog redelijk onontwikkeld in vergelijking met zijn toeristische buren Thailand en Vietnam, wat zeker de charme is van het land. Desondanks zijn de bus- en taxiverbindingen goed genoeg dat je op veel plekken kan komen, zoals dus Kong Lor. Het is echter wel een land dat een stuk makkelijker te bereizen zou zijn als we eigen vervoer hadden gehad, zoals een motor.

14-07-2018

Toen om kwart over 6 ’s ochtends de wekker ging om de bus te halen, bleek dat Manon de afgelopen nacht ziek was geworden (of opnieuw ziek geworden; weinig geluk deze reis), dus besloten we een extra dag en nacht te blijven. En aangezien er geen drol te doen was in het stadje, zijn we die dag nauwelijks onze hotelkamer afgekomen. Niet de beste dag van onze trip.

15-07-2018

Een dag later pakten we alsnog onze vroege bus naar de een na grootste stad van het land, Pakse. Het regende toen we aankwamen. Op goed geluk liepen we naar een hostel, dat super prima bleek te zijn. Het is duidelijk laagseizoen in Laos, dus meestal maken we ons geen zorgen over accommodatie en boeken we niks. Op die manier kijken we gewoon welk plekje ons het meest aanspreekt. 's Avonds hebben we voetbal gekeken, de finale van het wereldkampioenschap (Frankrijk tegen Kroatië) in een bar genaamd Seb's. Een aantal andere toeristen hadden zich verzameld en we bleken zowaar niet de enige westerlingen te zijn! Toen een Franse speler op het punt stond een penalty te nemen viel de verbinding ineens weg, heel typisch. Zo gaat het in Azië: niets loopt zoals je het verwacht, en je moet je er maar niet te druk om maken! Uiteindelijk zijn we na de rust verkast naar een ander restaurant waar de verbinding het wel deed, en konden we Frankrijk wereldkampioen zien worden. Pakse is dus de een na grootste stad van Laos maar er is niet bijzonder veel te doen, wat een trend lijkt te zijn hier. Je komt naar Laos voor de natuur, niet zo zeer voor de cultuur of het bruisende nachtleven. Ook al zijn er in het noorden wat steden waar de feestende backpacker een goede tijd kan beleven, het draait hier voornamelijk om het tempo naar beneden gooien en chillen aan de waterkant. In Laos gaat alles langzaam, reken dus standaard extra tijd als je gaat reizen of iets anders gaat ondernemen! Dat is verder helemaal prima als je inderdaad naar Laos komt om de natuur in te gaan, maar het wordt al een stuk lastiger om alternatieven te vinden voor als het veel regent, zoals wij ondervonden…

16-07-2018 / 17-07-2018

We zijn doorgereisd naar Champasak, wat een bescheiden dorpje langs de oever van de Mekong bleek te zijn. De enige reden dat er toeristen op af komen is het nabijgelegen Wat Phou, een oude stad slash tempelcomplex uit de negende eeuw dat we omschreven hebben horen worden als een soort Angkor Wat in het klein en zonder toeristen. Omdat het regende vielen onze plannen om de omgeving per fiets te verkennen letterlijk in het water. De dag na aankomst lieten we ons door de eigenaar per busje naar de ruïnes brengen van wat ooit kort de hoofdstad is geweest van het Khmer-rijk. Er bleek een museum te zijn met vondsten, voornamelijk stenen beelden. Daarna werden we met een soort golfkarretje naar het complex gebracht, vanwaar we verder moesten lopen. Het regende de hele dag aaneen, waardoor de ruïnes er mooi bijlagen in de mistige heuvels. Het was niet druk, maar we waren ook niet de enige zoals we hadden verwacht. Andere groepjes toeristen waagden ook de klim naar boven, gewapend tegen de regen met paraplu’s en poncho’s. Op het terrein waren nog meerdere bouwwerken te vinden, waaronder een soort tempeltje dat nog in gebruik leek, met boeddhabeelden erin. Verspreid in het gras lagen voorbeelden van prachtig steenhouwwerk. Het zal wel niet zo imposant zijn als Angkor Wat in Cambodja uiteindelijk. Maar zoals het erbij lag op de helling, half teruggewonnen door de jungle in de regen, met maar een handjevol toeristen, voelden we ons allebei net Indiana Jones die voor het eerst weer voet zet op een plek die lang vergeten is geweest.

18-07-2018

We zijn voor onze laatste stop in Laos doorgereisd naar Don Det, een eiland dat onderdeel uitmaakt van Si Phan Don of de 4000 eilanden in het zuiden van Laos, dicht bij de grens met Cambodja. De bus bracht ons naar een plaatsje bij het water van waar we via een kort boottochtje op het eiland zouden aankomen. Vraag me niet waar ze allemaal vandaan kwamen maar opeens waren daar weer andere toeristen, en we merkten dat we daar helemaal niet meer aan waren gewend. We zochten weer op de gok een accommodatie uit en kwamen zo terecht in een eenvoudig bungalowtje, maar wel met hangmat op de veranda. En dat voor maar €2,50 per persoon per nacht. Het was verder geen luxe, maar het voldeed. We hebben verder die dag aan de waterkant gezeten in een café waar ik werkelijk de kleinste kitten vond die ik ooit gezien had en al mijn moedergevoelens in overdrive gingen. Dat was ook de dag dat ik erachter kwam dat Manon bang is voor kittens. Geen zorgen, ik heb haar ermee geplaagd. Want wie is er nou bang voor zo’n klein hummeltje, die tegen me opklom en op mijn schouder kwam zitten? Ik noemde hem Dobby (de huiself in Harry Potter) vanwege zijn grote ogen en oren. Hij heeft de rest van de avond op mijn schoot liggen slapen.

19-07-2018

Het eiland waar we sliepen was een heerlijk plekje, zagen we toen het eenmaal droog was. We hadden een tour geboekt bij een jonge gast, die zijn zaakje dichtgooide om ons rond te rijden. Het zal inderdaad wel laagseizoen zijn. We reden met zijn motor-met-zijspan-achtige-constructie tussen de rijstvelden door naar een naastgelegen eiland (waarbij we soms even moesten afstappen vanwege de diepe modder). Daar stapten we in een bootje om de zeer zeldzame Irrawaddy-dolfijnen te spotten. Deze leven in de Mekong rivier en er zijn er nog zo’n 70 van. Ze verdienen geen schoonheidsprijs, ze hebben een beetje een stompe kop, maar het is zo’n onverwachte plek om ineens dolfijnen aan te treffen dat het grappig was om ze te zien. Er leefden in dit stukje rivier, tussen de grens van Laos en Cambodja, 4. Het was lastig ze te spotten omdat het water bruin en troebel is vanwege het regenseizoen. Maar de motor werd uitgezet en we lieten ons een stukje met de sterke stroom meevoeren. En af en toe hoorden we een dolfijn bovenkomen en ademhalen; dan zagen we de rug van het dier voordat het weer onderdook. Het water staat nu extreem hoog, vertelde onze gids. Hij wees aan tot waar normaal het strand loopt en waar hele bomen hoorden te staan waar nu alleen de boomtop nog maar van zichtbaar was. Na onze dolfijn-safari reden we verder naar een waterval, die normaal niet heel spectaculair zal zijn geweest maar nu puur door de kracht van het water erg indrukwekkend was. We sloten de dag af met een massage.

Het viel op dat we veel kinderen zagen en dat we geen enkel kind naar school hadden zien gaan, maar dat kwam volgens onze gids omdat ze nu 3 maanden vakantie hebben. Dat valt samen met het seizoen waarin ze nodig zijn om te helpen op het land. Wat een andere wereld.

Dat was het dan voor Laos! Manon had er 3,5 week opzitten, ik door omstandigheden maar 1,5. Toch zal ik hopelijk nog een keer terugkomen om het noorden te zien, wat ik nu gemist heb, en de Gibbon Experience over te doen!

1 Reactie

  1. Petra ten Veen:
    25 juli 2018
    Prachtig beschreven mooie belevenissen weer. Geen Dobby stiekum in het vliegruig straks hè? Wat er daar teveel aan water valt is er in Nederland nu te weinig! Enjoy de reis! Xxx mama